Wednesday, June 16, 2010

Beurswijsheden lucratief. Maar voor wie?

Te pas en te onpas worden beleggers geconfronteerd met allerhande 'beleggingswijsheden'. In dit bericht nemen we enkele van de wat meer bekende ter hand. En kijken we hoe het rendement van een fictieve belegger - laten we hem Hans noemen - die belegt aan de hand van dergelijke wijsheden het afgelopen jaar zou hebben uitgepakt...


"De vijf eerste dagen van januari bepalen het jaar"

Het is woensdag 31 december 2008. Oudejaarsdag. De AEX noteert op een stand van 246 punten. Daarmee heeft de AEX een dramatisch slecht jaar achter de rug: in 2008 daalde de AEX met maar liefst 52%. Opmerkelijk is dan ook dat onze fictieve belegger Hans juist net nu besloten heeft met beleggen te beginnen. En zo nog opmerkelijker is zijn strategie: Hans belegt simpelweg aan de hand van de meest bekende beleggingswijsheden.

Of direct al aandelen gekocht moeten worden? Dat zal spoedig blijken. Immers, een bekende beleggingswijsheid stelt dat het koersverloop van de vijf eerste handelsdagen van het jaar indicatief is voor de rest van het jaar. Stijgen aandelen in de eerste vijf handelsdagen, dan mag ook voor de rest van het jaar een stijging verwacht worden. Zo is de gedachte althans. En na de vijf eerste handelsdagen van 2009 staat de AEX met een stand van 263 punten inderdaad hoger. Voor Hans voldoende reden om dan meteen vol in aandelen te stappen.


"Als je geschoren wordt, kan je maar beter stil zitten"

Van beginnersgeluk is weinig sprake want vrijwel direct daarna zet een daling in. De AEX weet de maand januari nog af te sluiten met een minieme winst, de meeste andere effectenbeurzen boeken flinke verliezen. Maar ondanks de koersverliezen voor Hans verkoopt hij zijn aandelen niet, immers: "Als je geschoren wordt, kan je maar beter stil zitten."

Na een zeer slechte februarimaand, treedt in maart 2009 eindelijk het herstel in. In april vervolgens weet de AEX zelfs bijna 11% koerswinst te boeken. April 2009 wordt door de AEX uiteindelijk afgesloten op een niveau van 240 punten. Het koersverlies voor Hans bedraagt nu nog circa 8%. Hij kocht zijn aandelen immers op een AEX-niveau van 263 punten. Maar zonder enige twijfel verkoopt hij nu heel zijn portefeuille, want zo stelt een bekende beleggingswijsheid: "Sell in May and go away, but remember to be back in September."

Op 1 september is Hans dan ook terug, om direct weer aandelen te kopen. De AEX noteert dan 296 punten. In de anderhalve maand die volgt stijgt de AEX circa 10%. Hans heeft hiermee niet alleen het volledige verlies van eerder dat jaar gecompenseerd maar staats zelfs op een procentje winst. Reden genoeg voor hem om tot verkoop over te gaan, want: "Van winst nemen is immers nog nooit iemand armer geworden."

De AEX sluit 2009 uiteindelijk af op een stand van 335 punten. Daarmee bedraagt het jaarresultaat (exclusief dividend) ruim 36%, waarmee 2009 een bijzonder positief beursjaar gebleken is. En Hans? Die realiseerde slechts 1% winst. Niet verwonderlijk dan ook dat hij zich afvraagt hoe wijs het is al die beurswijsheden op te volgen...


Conclusie

Uiteraard snappen wij ook wel dat een periode van één jaar alles behalve voldoende is om allerlei zogeheten beleggingswijsheden op statistisch significante wijze te kunnen weerleggen. Dit neemt niet weg dat vele van deze vaak verkondigde wijsheden vrijwel haaks op elkaar staan. Met andere woorden: er zijn altijd wel beleggingswijsheden aan te wijzen die met de wijsheid van achteraf juist zouden zijn gebleken.

In een gemiddeld beursjaar stijgen aandelen een procent of 7. En op een bijzonder goede beursdag soms al 3% of meer. Door op basis van bepaalde beleggingswijsheden soms geheel uit aandelen te gaan loopt u dus ook het risico deze uitzonderlijk goede beursdagen te missen. Met het gevolg dat uw rendement een heel stuk lager uitpakt. Zoals ook Hans ondervonden heeft.

Besluit u echter toch zo nu en dan uit aandelen te gaan dan dient u tevens correct te 'timen' wanneer dan wel weer wel in aandelen te beleggen. Beide keren mag u uiteraard opdraaien voor de transactiekosten. Het zijn dan ook anders dan wellicht verondersteld vrijwel nooit de gewone, particuliere beleggers voor wie allerhande tegenstrijdige beurswijsheden lucratief zijn. Maar juist banken en effectenbrokers profiteren van alle extra transacties van beleggers die door zogeheten beleggingswijsheden op een dwaalspoor gebracht zijn. Geheel onafhankelijk van het al dan niet correct blijken ervan...

No comments:

Post a Comment

Laat je reactie achter, graag met je naam en je email adres